Woensdag werd Limburger Sente Sentjens knap derde op het EK tijdrijden. Een medaille die ook in de regio Geel de nodige glimlachen op de gezichten deed verschijnen.
“Natuurlijk volg ik het EK vanop mijn kantoor”, vertelt Jef Robert. "Als hoofdsponsor en vooral voorzitter van Acrog-Tormans stemt het me altijd tevreden als onze jonge renners mooie resultaten behalen op grote koersen. In het verleden hebben we met onder andere Remco Evenepoel en Zoë Backstedt, die trouwens gisteren bij de dames beloften de Europese titel in het tijdrijden wist te veroveren, al wereldkampioenen mogen huldigen. Dergelijke resultaten zorgen ervoor dat we met onze jeugdteams quasi in elke buitenlandse wedstrijd mogen rijden.”
Die buitenlandse trips kosten het team natuurlijk geld. “Gelukkig kregen we door de recente samenwerking met het Soudal-Quick Step van Patrick Lefevere extra financiële middelen. Ook Jan Tormans heeft ons een extra duw in de rug gegeven. Wat maakt dat het op dat vlak allemaal goed zit.”
Toch kan Robert niet voorkomen dat er meer en meer jonge renners steeds vroeger de overstap maken naar buitenlandse jeugdteams die onderdeel maken van profteams. “Dat vind ik spijtig. Wie op jonge leeftijd die keuze maakt weet dikwijls niet wat hem te wachten staat. Soms laten ze die renners na een tijd gewoon in de kou staan. En dat terwijl er in België mogelijkheden genoeg zijn. En dan praat ik niet enkel over ons team. Ook bij Crabbe Toitures-CC Chevigny bijvoorbeeld krijgen de renners voldoende kansen. Bij goede prestaties lopen (of in dit geval beter rijden) ze in de kijker van de professionele wielerteams. En kunnen ze daarenboven opgroeien en school lopen in een vertrouwde omgeving. Akkoord, wij geven buitenlandse renners en rensters ook kansen, maar wij proberen hen zoals met Bäckstedt het geval was, een onderkomen te geven in gezelschap van hun eigen familie. En indien nodig geven we hen ook logistieke en structurele ondersteuning."
Naar team van broers Roodhooft
Sente Sentjens, die volgend seizoen de overstap maakt naar het Alpecin-Deceuninck Development Team, kan dat alleen maar beamen. “Wat mij bij Acrog-Tormans enorm bevallen is was het mooie programma. Daarnaast mogen renners regelmatig hun eigen ding doen. Waardoor ik persoonlijk zelfstandig heb leren werken. Ook de sfeer en fun was steeds aanwezig tussen de ploegmaten. Wat de buitenlandse trips altijd extra leuk maakten."
Tekst Lieven Verheyen - Fotocredit UEC / Sprint Cycloing Agency
Alle info EK wielrennen 2023 klik hier