Wout van Aert heeft er samen met zijn Crelan-Vastgoedserviceploegmaats een tiendaagse stage in de Vogezen opzitten. Exact drie weken voor de start van het veldritseizoen vonden we een ideaal moment om met de nog altijd maar 21-jarige Kempenaar al even vooruit te blikken.
De regerende Belgische- en wereldkampioen legde er in de Vogezen een paar keer duchtig de pees op. Naast een aantal duurtrainingen werd tijdens de beklimmingen van onder meer de Ballon d'Alsace en de Planche des Belles Filles behoorlijk op intensiteit gewerkt. Voor de Lillenaar mag het seizoen stilaan op gang geschoten worden, al rijdt hij met de GP Scherens (morgen) en de Schaal Sels eerst nog een tweetal wedstrijden op de weg.
Deze zomer deed je het uitstekend op de weg. Wanneer heb je fysiek en mentaal de focus verlegd naar het veld?
"Mentaal eigenlijk vanaf het begin van deze maand. Na het BK op de weg heb ik de teugels wat gevierd. Pas op, ik bleef me verzorgen, hé. Maar ik heb de voorbije jaren al geleerd dat ik geen 12 maanden aan een stuk te Spartaans mag leven. Af en toe een restaurantje meepikken, eens iets gaan drinken, daar moet je echt geen schrik van hebben. Integendeel, het scherpt de goesting aan om er vanaf augustus opnieuw in te vliegen."
En fysiek...
"Begin juli vertoefde ik op Tenerife. Daar heb ik -na twee weekjes rust- stilaan de trainingen hervat. Maar pas terug thuis heb ik voor het eerst aan het crossen gedacht. Vreemd genoeg betekende dat voor mij zelfs wat minder trainen dan in de maanden mei en juni, toen ik toeleefde naar het BK. De lange trainingen die ik toen deed, waren in juli niet meer nodig."
Vandaar dat je in de Ronde van Wallonië niet echt top was?
"Voila. Even schrikken, hoor. Op de duur word je het zo gewend om overal voor de prijzen mee te doen, dat ik daar in de TRW toch een knop moest omdraaien. Zowat elke rit kwam ik op lichte achterstand binnen. Niet dat ik er wakker moest van liggen, ik kon trouwens wat werk opknappen voor ploegmaat Xandro Meurisse, maar ik moest het toch een plaats geven. Die winnersmentaliteit hé. Maar als je niet resultaatgericht traint, doe je dus ook niet mee voor de prijzen."
In Dwars door het Hageland streed je echter alweer mee voor winst...
"Ik botste er helaas op een sterke Niki Terpstra. Maar ik had toen ook de TRW en een paar criteriums in de benen. Het was stilaan de tijd om opnieuw op niveau te zijn. Ook de komende twee wedstrijden zal ik nog vol meekoersen. Je weet nooit of het iets moois oplevert."
Weinig veldrijders pakken hun zomer op deze manier aan.
"Ik vind dat mijn indeling van die zomerperiode doorheen de jaren behoorlijk op punt is komen te staan. Voor mij mag dat zo nog een paar jaar verder gaan: in mei en juni vol opbouwen naar het BK op de weg en er proberen te presteren. Niet met diezelfde stress als op een BK in het veld: dan is het van moeten."
Een retorische vraag. Wat verwacht je van jouw crossseizoen?
"Eigenlijk heb ik een dubbel doel. Enerzijds wil ik die regenboogtrui zoveel mogelijk eer aan doen door een paar klassiekers te winnen en te scoren in de kampioenschappen, anderzijds hoop ik dat ik het veldritpubliek een pak mooie duels met Mathieu van der Poel kan bieden."
Mathieu ziet zijn seizoensstart alweer uitgesteld. Wij vinden het niet leuk...
"Ik wel, denk je? Echt niet! Ik hoop uit de grond van mijn hart dat die knieproblemen geen weerkerend verhaal wordt. Het veldrijden heeft Mathieu van der Poel nodig. De mensen kijken uit naar duels. En ik zal maar eerlijk zijn: ook ik heb Mathieu nodig. Een groot deel van de uitdaging vind ik in de duels met hem. Door omstandigheden zijn die er vorige winter amper gekomen."
In het kleine crossmilieu hoorden we ondertussen al dat de schrik er wat in zit. 'Als dit maar geen saaie winter wordt', klinkt het. 'Van Aert zal alles winnen.'
"(protesteert) Dat zal je mij nooit horen vertellen. Mathieu zou er weer bij zijn in Gieten, dat is al begin oktober. Daarnaast hebben de fans snel de neiging om te veralgemenen. Oké, ik was vorig jaar de meest regelmatige van het seizoen en won heel wat wedstrijden. Maar ik verloor er ook heel wat, hoor (lacht). En in de meeste van diegene die ik won, ben ik best tot het uiterste moeten gaan. Van een walk-over is nooit sprake geweest. Zelfs als Mathieu er niet bij was."
Wie zijn de jongens die je deze winter nog voorin verwacht?
"Ik schrijf vooral Laurens Sweeck zeer hoog aan. Laurens heeft de voorbije zomer indruk gemaakt op mij. En ik ken hem een beetje: hij is een trage maar gestage groeier. Hij zal ook straks een stap vooruit zetten. In eigen ploeg heb ik het gevoel dat Tim Merlier wat beter is geworden. En Jens Adams komt terug uit ziekte en maakt een goede indruk. Dan zijn er de andere jongeren: Michael Vanthourenhout, Gianni Vermeersch, Toon Aerts... Al kan ik die minder goed inschatten omdat ik er verder van af sta. Maar ze zullen zeker niet stilgezeten hebben."
Je noemt Lars van der Haar niet?
"Natuurlijk hou ik met Lars rekening! Maar dat is geen verrassing, hé. Lars is een vaste waarde."
Sven Nys houdt zich persoonlijk met hem bezig. Zal de Nederlander daardoor nog progressie maken?
"Geen idee hoe hij evolueert. Ik weet wel dat hij vanaf 1 januari voor een Belgisch team (Telenet-Fidea) rijdt. Vroeger kon hij rustig pieken naar de wedstrijden waarin hij top wilde zijn. Zal dat nu nog het geval zijn? Ik weet het niet. Wat de capaciteiten betreft, die had hij al. Sven Nys moet Van der Haar niet leren fietsen hé. Hij kan hem hooguit wat 'trucjes' bijbrengen. Maar ik verwacht geen spectaculaire verbetering."
Wat wordt jouw eerste doel straks?
"(lacht) Niet afgaan in Amerika. Het wordt er toch wat speciaal, nu er twee wereldbekermanches zijn. Mijn volgende doelen liggen eind oktober. Het EK in Pontchâteau staat aangestipt. Klassiekers als de Koppenbergcross, Zonhoven, ... In die periode moet ik een eerste keer echt op mijn best zijn."
Sven Nys rijdt er niet meer tussen. Je hebt de boot altijd kunnen afhouden, maar ondertussen kan je geen kant meer op. Jij bent de Belg waar Vlaanderen op rekent. Als je verliest, zal je verantwoordingen moeten afleggen...
"Dat besef ik. De voorbije twee jaar heb ik wel al wat ervaring opgedaan om te kunnen inschatten wat op me afkomt. Ik denk dat ik er mee om zal kunnen, al wordt het inderdaad een zware erfenis. Ik hoop dan ook dat de mensen die voor mij supporteren dat vooral doen omdat ik ben wie ik ben. Niet omdat ze in mij de opvolger zien van Sven Nys."
Verduidelijk...
"Ik zit nu eenmaal iets anders in elkaar dan Sven. Zo durf ik te vertellen dat ik af en toe de teugels wat losser moet laten, terwijl Sven 365 dagen per jaar als een prof leefde. Ik hoop dat de mensen dat zullen aanvaarden."
Geen schrik dat Nys-fans straks wegblijven uit het veld?
"Dat valt af te wachten. Ik hoop van harte van niet. En wat dat betreft zie ik het wel als mijn taak om dat te proberen tegen te gaan, door mijn sport te promoten. Anderzijds... Ik ben nog altijd maar 21. Maar dat zullen de mensen wel beseffen, zeker?"
Tekst en foto's: Nico Dick