Morgen staat voor het eerst in de geschiedenis van het veldrijden een wereldbekermanche op Britse grond op de agenda. Veldritkrant.be trok naar Engeland en zag de toppers met de glimlach het parcours verkennen. "Dit is een aanwinst!" Tom Meeusen maakte het meeste indruk.
Het Campbell Park in Milton Keynes. Een naam om te onthouden. En organisatoren om te koesteren. De voorbije jaren zagen we maar weinig buitenlandse organisaties en omlopen die konden tippen aan het Belgische werk. Wel, bij deze hebben we er eentje beet. Of zoals Telenet-Fideamanager Hans van Kasteren stond te glunderen: "In België zijn er die hier nog wel iets kunnen van leren..."
Wat er nu zo mooi is, vraagt u zich af? Wel, het Campbell Park is enorm overzichtelijk, om te beginnen. Volgens de organisator zijn in voorverkoop alleen al 5000 tickets verkocht (ook dat hoorden we nooit eerder in een buitenlandse wereldbekermanche), en je kan er van op aan dat het drummen wordt om een plaatsje te bemachtigen op de top van de heuvel die het Park siert. Van daarop heb je een overzicht op ongeveer 85 procent van het gehele parcours.
Daarnaast is het een omloop om duimen en vingers van af te likken. Toch voor ons, toeschouwers. Onmiddellijk na de -speciaal voor deze wedstrijd aangelegde- startstrook, duiken de renners het veld in via een schuine, licht dalende kant, waarna ze na een bocht van 90 graden een eerste korte hellinkje voorgeschoteld krijgen.
"Dat kan nu toch niet?"
Een knikje waar je dus net niet, of net wel bovenrijdt. Sven Nys -in tegenstelling tot anders verkende ook hij het parcours- kreeg er zowaar de stuipen van op het lijf, toen hij keer op keer nét niet op de fiets kon blijven. "Toeme toch. Hoe kan dat nu?", grijnsde hij. Erger werd het toen plots een eliterenster (vrouwelijk, dus) wél de hindernis op de fiets nam. "Dat kan nu toch niet?", klonk het, weliswaar met een knipoog en het nodige respect.
Na dat hellinkje volgt een lange dalende strook, wat links-rechts, waarna een paar lussen -gekenmerkt door vooral flauwe bochten- de aanloop vormen naar dé klim van het parcours: een steile helling van goed honderd meter, maar waarbij aan de voet van dat klimmetje balken geplaatst zijn. "Onmogelijk boven te rijden", wisten kenners. Tot Tom Meeusen het tegendeel bewees en even later... Sven Nys zijn voorbeeld volgde. Feit is, wie daar niet te voet naar boven moet, maakt wel héél veel winst. Afwachten wat het morgen wordt, natuurlijk. Er zijn immers een aantal afwachtingswedstrijden, waardoor het zompige grasveld -dat volgens Rob Peeters voor geen meter bolt en waarin je amper recuperatiestroken hebt- alsnog kan omgeploegd worden en de wedstrijd herschapen wordt tot een zware moddercross.
Glibberig
"En waardoor het nog glibberiger wordt", aldus Klaas Vantornout. "Want dat is het codewoord hier: wegglijden." In het laatste kwart van de omloop ligt nog een trappenpartij. Ook daar was het Tom Meeusen die indruk maakte door de trappen omhoog te rijden. Het doet ons meteen de Essenaar bombarderen tot misschien wel dé topfavoriet voor morgen. Al onderschatten we ook Sven Nys, Klaas Vantornout en Kevin Pauwels niet. Kevin nam uitgebreid de tijd om de hindernissen in zich op te nemen. En een beetje klimwerk vindt de leider in de Wereldbeker ook niet onaangenaam.
Wij kijken in elk geval uit naar morgennamiddag. Opgelet: de wedstrijd wordt om 14u op gang gefloten, maar dat betekent dat het dan in ons land al 15u is. De race wordt live gecoverd door Sporza.