Officieel wordt het wellicht pas één van de volgende weken. Maar het nieuwe reglement omtrent deelname aan de Wereldbeker veldrijden is een feit. Dat vernam onze redactie uit goede bron. Vraag is alleen of het nu zoveel beter wordt voor iedereen...

Voor alle duidelijkheid, er is nog geen officiële communicatie gekomen vanuit de UCI, maar verschillende betrouwbare bronnen bevestigden ons ondertussen dat de nieuwe reglementering omtrent het startrecht van eliterenners aan de Wereldbeker is goedgekeurd door de Internationale Wielerunie. En dat betekent concreet dat vanaf de eerstvolgende manche de volledige top vijftig zeker is van startrecht in het meest prestigieuze en belangrijkste regelmatigheidscriterium.

Mét Ben Berden

Er waren ook geruchten dat België daarbovenop nog twee wildcards zou krijgen. Maar dat feestje gaat dus niet door. Wel mogen de meeste landen hun selectie aanvullen tot -maximum- acht renners. Maar daar koopt bondscoach De Bie niets mee. België heeft immers sowieso meer dan acht renners in de top vijftig staan. Een van de meest opmerkelijke namen daarbij is trouwens Ben Berden, die straks zowaar weer van start mag in de Wereldbeker. Als hij wil, natuurlijk.

Toch is bondscoach De Bie bijzonder tevreden met de wijziging. "Voor alle duidelijkheid, ik ga voort op wat je vertelt, want ook ik heb daar nog geen officiële bevestiging gezien", aldus De Bie. "Dus praat ik in de voorwaardelijke wijs. Maar voor mij is dit een zegen. Gedaan met de discussie. Wie in de top vijftig staat, mag mee. En wie er niet in staat, moet er maar voor zorgen dat hij er in komt. Er zijn -buitenlandse- wedstrijden genoeg waarin je punten kan rapen om snel op te schuiven. Het feit dat Ben Berden daar instaat, zegt voldoende."

Nipt in die top vijftig: Tim Merlier en Jim Aernouts (49). Bart Wellens en Jens Adams hebben nog iets meer speling. "Vooral voor de beloften die overkomen naar de profs is dit een goede zaak", aldus De Bie nog. "Zij hebben als belofte zoveel punten gescoord die ook meetellen in de UCI-ranking voor de profs, dat zij niet van meet af aan moeten vechten om in de selectie te geraken.

Wie mist de boot?

Kind van de rekening zijn dan weer jongens als Dieter en Sven Vanthourenhout, Joeri Adams en -erger- Jan Denuwelaere, die straks vanaf nul herbegint. Wellicht zullen zij in het seizoensbegin proberen punten te pakken in een aantal buitenlandse confrontaties. "Nóg een voordeel voor het veldrijden", weet Rudy De Bie. "Voor de buitenlandse organisatoren wordt het een stuk aantrekkelijker. Zij zullen een paar Belgen aan de start krijgen die punten willen om in die top vijftig te geraken."

Anderen zien het minder positief. Joeri Adams (156ste) bijvoorbeeld is niet enthousiast. De oudste van de Adams-broers heeft ocharme 68 punten, terwijl de 50ste momenteel 305 punten telt. "Waar moet ik in godsnaam die 237 punten gaan sprokkelen?", vraagt hij zich af. "Daarvoor moet je een pak Cat.2-wedstrijden winnen in het buitenland. Maar ondertussen mis ik wel de belangrijke tv-crossen in eigen land. En wat meer is, als de eerste Wereldbekerwedstrijden van start gaan, pakken die eerste vijftig in de ranking ook weer extra -in verhouding zelfs veel- punten, waardoor het onevenwicht nog groter wordt."

Meer plus- dan minpunten

We kunnen Adams niet helemaal ongelijk geven. Op die manier wordt het voor wie nu achterin bengelt wel heel moeilijk om er bij te zijn in de Wereldbeker. Ook Dieter Vanthourenhout reageert allesbehalve enthousiast. Die stond vorig jaar nog in de top 30, maar door zijn herhaalde niet-selecties voor de WB is ook hij weggezakt naar plaats 91 met 146 punten. 159 te weinig dus. "Ik heb in elk geval al een paar wedstrijden in het buitenland aangestipt om extra punten te sprokkelen", liet hij ons weten.

Anderzijds blijft het globaal gezien toch vooral een stap voorwaarts. Sowieso mogen meer Belgen naar de Wereldbeker dan voorheen. En de momenteel 'benadeelde' jongens hadden in dat geval ongetwijfeld nog meer concurrentie gehad dan vroeger, want met onder meer Jens Adams, Gianni Vermeersch en Tim Merlier (en nog één of meerdere seizoenen later komen daar ook jongens als Michael Vanthourenhout, Laurens Sweeck en Wout Van Aert bij) wordt die concurrentie in eigen land nóg groter.

Meer plus- dan minpunten dus. Of zoals De Bie afsluit: "Wie die punten dan niet kan gaan pakken door in het buitenland crossen te winnen, is die zijn selectie dan waard? Nee, ik vind dat iedereen het nu in eigen handen heeft."